Avatar foto Door Josine Droogendijk
Accessoires 26 aug 0 reacties

Een hoed als kroon – deel 2

In de vorige log van deze serie keken we naar de hoeden van 1970, maar voor deze log gaan we iets verder terug in de tijd: de jaren vijftig. Als tiener draagt de prinses af en toe al een hoed. Het 'echte werk' begint als ze zeventien is en dat zien we ook terug in haar hoedencollectie. 

Hoed 111: Beatrix' eerste hoed. Is ze niet schattig?  


Gahetna.nl/Anefo

Hoed 112: Tien jaar later zien we de jonge prinses opnieuw met een hoed als zij haar ouders uitzwaait op het vliegveld. Passend bij Juliana's zuinigheid zien we het capje meerdere malen in 1952.  Hoed 113 (midden en rechts) zien we ook meerdere malen, maar dan in 1953. De prinses gaat in dit jaar samen met haar zusje op vakantie en bij Beatrix' reistenue hoort deze hoed met strikgarnering. 


Foto's: Gahetna.nl/Anefo, Gahetna.nl/Anefo/J.D. Noske, Gahetna.nl/Anefo/Joop van Bilsen. 

Hoed 114: Prinsjesdag is hoedjesdag, dus Beatrix draagt tijdens de rijtoer in 1953 een hoed met een smalle rand. In 1954 kiest de prinses -of haar moeder- voor een ontwerp zonder rand, hoed 115. Heel wat uitbundiger is de hoed die Beatrix dat jaar draagt als bruidsmeisje. (Hoed 116)

Hoed 117 is een klein hoedje in de stof van Beatrix' kleding. Beatrix draagt het genopte hoedje in 1955 meerdere malen, maar ook in 1956 komt hij in beeld. Hoed 118 is ook een klein exemplaar dat achterop het hoofd wordt gedragen. Niet zo verwonderlijk, in de jaren '50 is dit model in de mode. Beatrix draagt het hoofddeksel meerdere malen in 1955. Hoed 119 past qua stijl bij voorgaande hoeden. 


Gahetna.nl/Anefo/Harry Pot en Joop van Bilsen

Hoed 120 en 121 zijn keurig en passend, maar tegelijkertijd weinig verrassend. 

Hoed 122 is in het echt donkerblauw en wordt in 1956 driemaal gedragen. Het opnieuw dragen van hoeden is geen onbekend fenomeen voor de jonge Beatrix, want ook hoed 123 duikt dat jaar meerdere malen op. Op Prinsjesdag kiest Beatrix voor een lichte hoed met een flexibele rand. In de jaren vijftig worden hoeden steeds vaker gemaakt van verstevigd materiaal, maar hoed 124-gedragen op Prinsjesdag- is een mooie uitzondering. 


Gahetna.nl/Anefo/JD Noske. RVD

Hoed 125: Een hoed met neerwaartse rand wordt gedragen tijdens het staatsbezoek van Luxemburg aan Nederland. Hoed 126 is een speelse fascinator, die in 1956 meerdere keren wordt gedragen. De stof van de jurk is verwerkt in het ontwerp. Hoed 127, onder en boven: Zoals uit deze foto's blijkt, kan dit ontwerp op verschillende manieren worden gedragen. 


Gahetna.nl/Anefo/Joop van Bilsen en JD Noske

Hoed 128 wordt gedragen tijdens de rijtoer op Prinsjesdag in 1955, terwijl hoed 129 gedragen wordt tijdens de installatie in de Raad van State. Ik ben zo benieuwd naar de kleur en het materiaal van dit ontwerp. Ik vind hem leuk! 


Gahetna.nl/Anefo/JD Noske

In 1957 zien we prinses Beatrix steeds vaker met een bekende hoed. Zo draagt zij onder andere de hoeden 122, 125 en 127. Nieuwe hoeden zijn er ook. Hoed 130 (links), een licht dophoedje, zien we voor het eerst tijdens de opening van een revalidatiecentrum. Hoed 131 -met een strik aan de achterzijde- zien we bij de overdracht van de Groene Draeck en hoed 132 (een fascinator in de stof van Beatrix' kleding) tijdens de tewaterlating. 


Gahetna.nl/Anefo/Harry Pot, JD Noske en J. Bonke. 

We zien Beatrix als bruidsmeisje ook een fascinator dragen (hoed 133), terwijl ze met een breedgerande hoed een huwelijk in Luxemburg (hoed 134) en Prinsjesdag (hoed 135) bijwoont. 


Gahetna.nl/Anefo 

Hoed 136 heeft geen rand, maar wel een opvallende garnering aan de zijkant. Beatrix draagt de hoed in 1957 meerdere malen. Hoed 137 zien we in 1958 tweemaal, terwijl Hoed 138 en 139 in 1957 slechts eenmaal in beeld komen. 


Gahetna.nl/Anefo/Harry Pot en Herbert Behrens.

In 1958 zien we nog meer moois. Hoed 140 en hoed 141 lijken door de garnering aan de zijkant sterk op elkaar, maar verschillen wel degelijk. Hoed 142 is blijkbaar een geliefde reishoed, want Beatrix draagt hem meermaals tijdens een vliegreis. 


Gahetna.nl/Anefo/Jan Bonke. 

Hoed 143 is een tweekleurige half-breton, die wordt gedragen tijdens Prinsjesdag 1958. Hoed 144 is ook een half-breton. Het gestreepte sjaaltje is al eerder gebruikt als garnering bij een andere hoed. Hoed 145 is zeker geen half-breton en lijkt juist weer sterk op de capjes die Beatrix in de beginjaren vijftig droeg. 


Gahetna.nl/Anefo/Wim van Rossem en Jan Bonke. 

Hoed 146 draagt Beatrix tijdens een bijeenkomst van de Unicef en het Belgische staatsbezoek, terwijl hoed 147 in beeld komt tijdens het staatsbezoek van de Britse koningin. 


Gahetna.nl/Anefo/Jan Bonke en Harry Pot. 

Hoed 148 tot 150: meer hoedjes 'à la Juliana'. 


Gahetna.nl/Anefo/Herbert Behrens/

Hoed 151 en 152 zijn verrassend hip: speelse fascinators. Hoed 153 is geinspireerd op een turban en daarmee ook zeker hip voor die tijd.  


Gahetna.nl/Anefo

Hoed 154 is gemaakt van dezelfde stof als de japon, terwijl hoed 156 juist contrasteert bij Beatrix' kleding. 


Gahetna.nl/Anefo/Jan Bonke 

In 1959 gaat de hoedenparade gewoon door. Bij een bezoek aan Friesland en Groningen draagt Beatrix bijvoorbeeld hoed 157, een fascinator. Op reis naar de Verenigde Staten gaat hoed 158 mee, een kek verenhoedje. Op de rechtse foto is hoed 159 te zien: een moderne interpretatie van de turban. Beatrix draagt hem tweemaal in 1959.


Gahetna.nl/Anefo/Harry Pot en Herbert Behrens. 

Hoed 160 valt op in het overzicht door de gebloemde stof, terwijl hoed 162 door het gaas en model juist een typisch jaren-50 hoedje is. 


Gahetna.nl/Anefo. 

Hoed 163 betreft een heel ander model, maar ook deze hoed (eigenlijk een muts) is overtrokken met gaas. Beatrx draagt hem bij het vertrek naar Amerika. Bij thuiskomst draagt ze hoed 164. Hoed 165: een licht verenhoedje. 


Gahetna.nl/Anefo/Harry Pot, Herbert Behrens, Joop van Bilsen. 

Last but not least: hoed 166 en 167. 


Gahetna.nl/Anefo/Joop van Bilsen

 

 

Volgen
Laat het mij weten wanneer er
0 Commentaren
Inline Feedbacks
View all comments